Joyce kreeg een miskraam en curettage in coronatijd

1 op de 4… Dat ben ik: Joyce kreeg een miskraam en curettage in coronatijd

Joyce is 33 en werkt als leerkracht in het secundair onderwijs in België. Joyce kreeg een miskraam en curettage in coronatijd, wat betekende dat haar partner er niet bij kon zijn in het ziekenhuis. Ze vertelt graag haar verhaal zodat anderen zich erin kunnen herkennen en er steun uit kunnen halen.

Joyce kreeg een miskraam en curettage in coronatijd

Sinds mijn 29e werk ik als leerkracht en de keuze om zwanger te worden was voor mij niet vanzelfsprekend. Ik wou absoluut een vaste benoeming voor ik aan kinderen begon, maar de tijd begon weg te tikken. Toen ik op mijn vierde school begon (de school waar ik nu nog steeds werk), was ik het wachten beu. Ik werd dat jaar 33 en zou nog minstens twee jaar moeten wachten voor ik aan kinderen kon beginnen als ik een vaste benoeming wou. Dat zag ik niet zitten.
Na lang piekeren en een gesprek met de collega die mij als nieuwkomer begeleidde, was het in februari eindelijk zover. Ik stopte met de pil en… werd onmiddellijk zwanger. Mijn partner Johan en ik konden het haast niet geloven. We hoorden rond ons zoveel mensen klagen over hoe moeilijk het voor hen was om zwanger te worden en wij hadden van de eerste keer prijs. We konden ons geluk niet op. Ik keek al uit naar november om eindelijk ons kindje te kunnen vasthouden, maar in mei sloeg het noodlot genadeloos toe.

De eerste echo

We telden af tot de eerste echo op 8 weken, de eerste ontmoeting met ons kindje. Deze ging niet van een leien dakje. Blijkbaar zat het kindje goed verstopt en ligt mijn baarmoeder ver naar achteren, waardoor het moeilijk zichtbaar was. Het hartje klopte, maar omdat de geluidsgolven niet zo ver reikten, moesten we wachten tot de volgende echo om de hartslag te kunnen horen. Uitstel is geen afstel, zei ik in mijn hoofd.
Ik was zo blij dat ik alvast een aantal mensen inlichtte over mijn zwangerschap. Eerst familie, daarna een aantal vrienden en toen ik merkte dat er meerdere mensen rond mij zwanger werden, ook alle zwangere vrouwen. Op school hield ik het nog even stil (buiten dan de collega’s waar ik ontzettend veel contact mee had).
Toen mijn buik op 11 weken al begon prijs te geven wat er onderhuids gebeurde, voelde ik me genoodzaakt om het toch te zeggen. Een week voor de tweede echo was dus iedereen op de hoogte. De euforie die ik voelde, werd nu gedeeld met de buitenwereld en dat deed goed.

Het noodlot slaat toe

Op weg naar de gynaecoloog voor onze tweede controle droomde ik even weg dat mijn dochter of zoon later ook ambulancier zou worden, of misschien wel dokter of verpleger/verpleegster of leerkracht of… Ik was echt in gedachten verzonken, voor mij en mijn partner was ons kindje al een echt mensje. Ik zag de koppels die voor ons waren blij vertrekken.

We mochten naar binnen. De gynaecoloog begon het onderzoek. Ik zag onmiddellijk ons kindje en kon een kreetje van geluk niet laten: ‘Oh kijk schat, hoe schattig!’ riep ik dan ook uit.
De gynaecoloog antwoordde: ‘Ja, dat wel, maar ik denk dat ik slecht nieuws heb.’ Ze aarzelde even en bekeek haar beeldscherm aandachtig. Het duurde slechts één minuut maar voelde voor mij als een eeuwigheid. ‘Hoe bedoel je?’ vroeg ik haar. ‘Ik vrees dat het hartje niet meer klopt.’ Het was alsof de grond onder mijn voeten wegzakte. Ze vertelde ons dat het vruchtje op 8 weken en 5 dagen was afgestorven, twee dagen na onze eerste controle. Ik voelde een immens verdriet opborrelen, maar hield het in. Ik wou absoluut niet huilen. Ze verliet even haar kantoor om documenten te halen.

Ik brak en begon te huilen en snikken. Mijn partner nam me in zijn armen. Hijzelf liet geen traan, staarde gewoon voor zich uit. De dokter kwam terug met een formulier, voor een curettage zo bleek. Ze wilde niet langer wachten en me onmiddellijk op de lijst met spoedoperaties schrijven. Het vruchtje zat al drie weken dood in mijn buik, dus het zou er nog maanden in kunnen zitten en dat wilde ze mij besparen.
Het verdict: een curettage op dinsdag 11 mei. Ze legde mij uit wat dat inhield, maar de helft van de informatie bereikte mij niet op dat moment. Gelukkig stond alles ook in een mapje dat ze mij overhandigde voor ons vertrek. Ze wenste ons veel sterkte en zei me dat ze mij dinsdag opnieuw zou zien.

Het moment waarop mijn partner brak

Op weg naar de auto hoorde ik echt niets meer. De auto’s rond me gingen op in de ruimte, geen vogels die floten, zelfs de sirene van de ziekenwagen bereikte mijn trommelvliezen niet. Ik was versteend. Ik hield me sterk, want ik wou niet heel de weg naar huis wenen, maar nog voor we vertrokken waren, brak mijn partner.
Hij begon luidkeels te huilen en riep dat hij verantwoordelijk was doordat zijn broer mindervalide is. Dit is overigens niet erfelijk (werd reeds getest, dus dat is een zekerheid die we hebben). Toch voelde hij zich verantwoordelijk, al had de gynaecoloog gezegd dat geen van ons iets te maken had met dit gebeuren. Ik kon alleen maar zeggen dat het niet waar was en pakte hem op mijn beurt ook vast om hem te troosten, al was dat met een bang hartje. Ik had hem nog nooit zo gezien. En eerlijk? Het is nog steeds pijnlijk als ik eraan terug denk. Dit is meestal het moment waarop ik zelf begin te huilen als ik het navertel. Het moment waarop mijn partner brak.

Het hele weekend voelde ik me slecht. Het idee dat er een dood kindje in mij zat, vond ik luguber en ergens troostend tegelijkertijd. Troostend omdat het kindje mijn lichaam niet wou verlaten, het wou bij ons zijn. Het was gewoon niet sterk genoeg geweest om uit te groeien tot een levensvatbaar mensje. Toch hoopte ik dat het mijn lichaam alsnog in het weekend zou verlaten, want ik had enorm veel schrik voor de curettage.

Hoe mijn omgeving op de miskraam reageerde

Maandag ging ik gewoon werken. Ik wou mijn gedachten verzetten en niet steeds aan de naderende operatie denken. Ik lichtte mijn leerlingen in, want ook zij wisten dat er een kindje op komst was. Veel geschokte gezichten, maar vooral veel begrip. Na de operatie kreeg ik van meerdere van mijn studenten een mail om te vragen hoe het nu met me ging en om me te troosten. Dat deed me wel deugd.
Ik heb veel steun mogen ontvangen, vooral van collega’s die hetzelfde hebben meegemaakt, van leerlingen die met me meeleefden en van vele vrienden, maar ik heb ook enorm veel ‘bagger’ over me gekregen. ‘Het leefde nog niet eens, waarom zoveel drama errond?’ of ‘Dat is de reden waarom je tot je 12 weken zwijgt voor je het vertelt aan mensen.’ Dat zijn maar enkele voorbeelden van wat de revue passeerde aan commentaren. De gebruikelijke opmerkingen zoals: ‘Er zal wel iets mis geweest zijn,’ en ‘Je bent nog jong, je hebt nog tijd,’ kwamen ook te pas in gesprekken.
Één collega heeft het perfect aangepakt. Ze kwam bij me staan en zei: ‘Ik weet echt niet wat ik tegen jou moet of kan zeggen op dit moment.’ Dat vond ik het mooiste wat iemand tegen me kon zeggen. Het feit dat ze daar stond, zei namelijk genoeg!

Miskraam en curettage in coronatijd: ik stond er alleen voor

Corona heeft bij vele mensen trauma’s opgeroepen. Zo ook voor mij. Het zorgde ervoor dat ik reeds afscheid moest nemen van mijn partner aan de voordeur van het ziekenhuis. Tranen met tuiten tot gevolg, want nu stond ik er echt alleen voor, net op het moment dat ik emotioneel gezien het zwakste stond. Ik wandelde alleen het ziekenhuis binnen, schreef me alleen in, ging alleen naar de operatieafdeling en werd alleen de kamer binnengeleid waar ik na de operatie zou verblijven.

Mijn spullen en bril werden in een kluisje gelegd en ik werd naar de gang gebracht waar de operatiekamers zich bevonden. Mijn bloedgroep werd bepaald waarna ik de operatiekamer werd in geleid. Het enige dat ik zonder bril kon onderscheiden, was de grote ronde lamp die boven mijn hoofd hing. Ik begon tranen te laten. De anesthesist sprak me aan: ‘Alles oké, mevrouw? Heb je pijn?’ Dat was niet de reden waarom ik huilde.
‘Nee, ik ben hier gewoon niet voor de leukste operatie…’ stamelde ik. Hij zei dat hij het begreep en bood mij een tissue aan. Hij stelde mij gerust dat hij de hele tijd bij me zou zijn en mij in slaap zou brengen.

Toen ik terug wakker werd, mocht ik naar mijn eigen kamer. Ik kreeg mijn spullen terug en belde onmiddellijk naar mijn partner en mijn moeder, die vonden dat ik best nog wat high klonk. Ik was zo blij om hun stemmen te horen.
Toen ik weer goed bij was, zelf kon plassen en de gynaecoloog was geweest mocht ik weer naar huis. Ik belde mijn partner om me op te komen pikken, hij zou er op een kwartiertje staan. Het weerzien met mijn partner die dag voelde alsof ik wekenlang zonder hem was geweest. Ik vloog hem puberaal rond de hals en voelde me opnieuw als een zestienjarig meisje dat haar liefje na lange tijd terug zag. Ik besefte dat we dit eindelijk konden beginnen verwerken, al zou het nog lang duren.

Poppy

Ik kreeg een miskraam en curettage in coronatijd en dat was naar, maar als ik nu terugkijk op heel dit verhaal ben ik mijn gynaecoloog heel dankbaar dat ik de keuze niet kreeg en onmiddellijk een curettage moest ondergaan. Ik heb er zowel fysiek als emotioneel het minst onder geleden, denk ik, al blijft dit verwerken zwaar. We hebben het een plaats kunnen geven,hanger miskraam poppy al kunnen we het niet vergeten. We doopten ons kindje Poppy, naar de klaprozen in onze tuin die we rond haar dood hadden geplant en omringden ons met haar symbool door een juweel te laten maken. Hij een plaatje met een klaproos op, ik een hanger in de vorm van diezelfde bloem. Zo is ze altijd bij ons.

Uitgerekende datum

Toen de uitgerekende datum van de geboorte van Poppy dichterbij kwam, besefte ik pas echt wat er niet zou komen. Het verdriet kwam dubbel en dik terug. Op het moment dat ik in bevallingsverlof zou gaan, werden we getroffen door Covid. Ik had alsnog mijn bevallingsverlof, maar dan in de vorm van ziekteverlof, wat me enorm aan het denken zette. Kwam er nog bij dat mijn hond alweer extra stalkerig werd, wat me deed vermoeden dat er een nieuwe zwangerschap aangebroken was. Ik deed de test twee dagen voor de uitgerekende datum van Poppy (17 november 2021) en jawel, we waren dubbel positief (postief getest op Covid, maar ook zwanger).
Ik vond het enorm moeilijk om blij te zijn met het nieuws en heb het dan ook maar even aan de kant geschoven tot ik mijn verdriet verwerkt had. Velen zagen het als een teken: het moest zo zijn en Poppy ging akkoord.

Momenteel ben ik bijna 7 maanden zwanger van een enorm actief jongetje. Er is geen moment voorbijgegaan dat ik niet ongerust of bang was dat ik alweer zou meemaken wat ik hier net heb verteld en de eerste drie maanden gingen dan ook heel traag vooruit. Nu heb ik al iets meer vertrouwen, maar elk gynaecologenbezoek blijft spannend. Het broertje van Poppy is uitgerekend voor 22 juli 2022. We geloven graag dat zij hem bijstaat en beschermt van daarboven uit.

Ook interessant: